
Spreekwoorden: (1914)
Iemand om den vinger kunnen winden,d.i. iemand geheel in zijne macht hebben en met hem kunnen handelen naar welgevallen, evenals men een doekje om den vinger windt (Harreb. II, 381 b). De uitdrukking komt in het mnl. voor in de Ovl. Ged. I, 83 vs. 749: Al dustenege wijf machtu leren ende om dine vin...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Iemand om den vinger kunnen winden,d.i. iemand geheel in zijne macht hebben en met hem kunnen handelen naar welgevallen, evenals men een doekje om den vinger windt (Harreb. II, 381 b). De uitdrukking komt in het mnl. voor in de Ovl. Ged. I, 83 vs. 749: Al dustenege wijf machtu leren ende om dine vin...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.